Vinkies.reismee.nl

Op de boerderie

Op de boerderie
22 november 2016

En weer ging het Mercedesje, met ons aan boord, op pad. Van Nelson naar Mount Gambier, was een klein stukje. Mount Gambier is gesitueerd op en aan twee uitgestorven vulkanen. Sammy hoorde van Mr. Google dat er ook een sinkhole moest zijn in de buurt, dus daar zijn we eerst even heen gegaan. Er was een mooi park omheen aangelegd. En dan ineens stond je aan de rand van toch wel een behoorlijk groot gat. Volgens de overlevering was het sinkhole in de 19e eeuw ontdekt, maar toen lag het er al wel een tijdje. Was nu al mooi begroeid met allerlei klimop (die naar beneden hing) en ook op de bodem was een mooie tuin aangelegd. Na nog even rond gekeken te hebben en een bakkie gedaan gingen we op pad naar het Blue Lake. Dit is de vulkaankrater die in de Australische zomer van grijs naar blauw kleurt. Wij vonden de kleur nu al mooi, was nog meer groenig. Bleek ook een flinke plas te zijn, er om heen lopen kon. Maar dan was je wel 3.6 kilometer rond geweest. Het water bleek zo goed te zijn, dat het de hele omgeving er mee voorzien wordt. Mooie versie van een watertoren dus. De laatste uitbarsting van de vulkaan werd geschat op 4800 jaar geleden, in geologische begrippen is dat ongeveer tien seconden geleden, dus nog een erg jonge krater. Was op de uitkijkplek ook nog een gast bezig met een drone, leuk om te zien en natuurlijk leverde het prachtige plaatjes op van het meer. Hij vertelde dat hij regelmatig bier verstrekt kreeg als hij voor iemand beelden maakte. Als ik het goed begrepen heb verkocht hij dat bier dan weer en dan kon hij weer nieuwe spullen kopen. Ik vroeg nog of het moeilijk was om te vliegen. Dat viel wel mee, was net zoiets als een playstation, dus was geen probleem voor hem.
Toen zijn we op weg gegaan naar de grotten in Naracoorte. Wilde Sammy graag zien. Bij de infobalie vertelde de mevrouw dat de grotten niet echt rolstoelvriendelijk waren. Eentje was wel redelijk te lopen misschien. Dus we mochten gaan kijken of dat lukte en voor Debbie hoefden we niet te betalen. Dat scheelde weer. Dus op naar de zogenaamde Wet Cave (ik zal jullie de zinspelingen hierop, in het nederlands, door de dames besparen). De grot bleek redelijk toegankelijk met een trap en Debbie is gewoon meegegaan naar beneden. Was niet echt spectaculair. Maar, we deden het er maar mee, niet voor niets bijna honderd kilometer gereden. Toen was het alweer tijd om een camping te gaan zoeken. Keuzes in de buurt waren een commerciële (drukke) Big4 camping of een basic campsite bij de boer. Die laatste werd het. Kleine dertig kilometer rijden. De tomtom had al aangegeven dat er een onverharde weg in de route zat, dat klopte de laatste 3 kilometer naar de camping. Maar die weg bleek van uitstekende kwaliteit te zijn, zelfs beter dan sommige verharde stukken weg die wij de afgelopen weken hebben bereden. De camping bleek op een boerenerf te liggen, leek gewoon braakliggend terrein met hier en daar was plaatsen. Ik heb de camper maar ergens neer gezet en ben even naar het woonhuis gelopen, 400 meter verderop. De mevrouw, Liz, kwam al naar buiten en gaf aan dat ze wel even langs kwam. Die kwam dus gewoon met de auto naar ons toe. Leuk gesprekje gehad en maar 30 dollar betalen. Was echt een back to basics camping, de toilet- en douchegroep waren opgetrokken uit golfplaten! Maar alles functioneerde naar behoren. Er vlogen wel gigantisch veel vogels rond, van kaketoes tot kraaien en andere gekleurde gevederde vrienden. En die maakten met zijn allen aardig wat herrie. Tegen dat het donker werd keerde echter de rust weer. Was er echt doodstil. Heerlijk. Alleen moesten we de deur goed dicht houden want het stikte er van de insecten. Heel veel kleintjes was het op de een of andere manier toch gelukt om binnen te komen. Maar die doen het nu niet meer ….

Heerlijk geslapen in de rust, totdat de vogeltjes weer wakker werden. Zonnetje scheen al lekker en de temperatuur was ook redelijk aangenaam. Dus maar even douchen, Gewoon heerlijk warm water en de deur gewoon open laten, er was toch niemand die me kon zien. En zo stond ik lekker in een warm zonnetje in een golfplatendouche mezelf met heerlijk warm water te douchen. Wat een ervaring.

Toen was het weer back on the road. Langste stuk wat we tot nu toe gereden hebben; 229 kilometer. Naar Menignie (door ons “import-brabo’s” omgedoopt tot MindeNIe). Een route die ons weer langs onafzienbare wijngaarden en akkerland voerde. Ook weer veel bos en glooiende helling. Maar het grootste gedeelte wel hele goede wegen. Fijn om te toeren dus. Rond tweeën kwamen we aan op de camping die aan Lake Albert ligt, met de toepasselijke naam Lake Albert Caravan park. Mooi plekje aan het meer gekregen met pelikanen als achterburen. Ook weer heerlijk rustig. Vanavond hebben we lekker sla gegeten met van alles erbij en daarna een potje gekaart. En nu is het bijna slapen gaan maar moest eerst nog even dit verhaal schrijven voor jullie. Maar nu klaar. We zijn bijna op de eindbestemming Adelaide.

Reacties

Reacties

Albert(NOT lake),

Beste mensen; leuk allemaal.
Reis mee....gratis.
En golfijzer (corrugated iron) roept veel herinneringen voor me wakker.
Had je de namen van al die vogels al voor me genoteerd?
Hahaha.
See you soon (not too...)
Uhh....Albert

Nicole

Ja ja,het einde komt in zicht,jammer maar aan alle leuke dingen komt er een einde !!Weer leuk om alles te lezen,geniet er maar van !!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!